Met de ronding van de schaats wordt het enigszins rondlopen van het glij-ijzer bedoeld, gezien vanaf de zijkant. Met het blote oog is dit niet gemakkelijk te zien.
Hoe ronder het ijzer loopt des te gemakkelijker is de schaats wendbaar, maar is hierdoor wel minder stabiel. Dit kun je bijvoorbeeld vergelijken met ijshockeyschaatsen.
Ideaal voor langebaanschaatsers en toertochtrijders is een ronding van 20 tot 22 meter. Dat wil zeggen dat het ijzer te vergelijken is met een koorde van een cirkel met een straal van 20 tot 22 meter. De ronding is te testen met een rij, die op maat is gemaakt met een vaste ronding en een afwijking vrij snel duidelijk maakt.
Bij een verkeerde ronding dient deze opnieuw door een vakman te worden aangebracht die hiervoor speciale apparatuur heeft.
Posted in: Materiaal, Veelgestelde vragen